Byungchae Ryan Son

AI-tijdperk 'lichaam': Zijn we bang voor ons fysieke zelf?

Aangemaakt: 2024-05-16

Aangemaakt: 2024-05-16 12:18

Onlangs waren er twee berichten die een nog duidelijker beeld gaven van de manier waarop technologie de toekomst zal beïnvloeden.


Elon Musks Neuralink heeft aangekondigd dat de eerste hersenimplantaat-operatie bij een menselijke proefpersoon succesvol is verlopen, nadat eerdere experimenten werden uitgevoerd op chimpansees. Dit is opmerkelijk en misschien wel beangstigend nieuws, aangezien het gaat om een directe koppeling tussen het menselijk lichaam en technologie, waarbij de mogelijkheid wordt geboden om digitale apparaten te bedienen met alleen de gedachte. Dit alles speelt zich af op het terrein van de menselijke intelligentie, een onbekend gebied. En Apple is begonnen met het aanbieden van een mogelijkheid om de Vision Pro, hun augmented reality-headset, uit te proberen in Apple Stores in de hele Verenigde Staten, wat heeft geleid tot een stortvloed aan reacties van gebruikers. Joanna Stern, een columnist voor het Wall Street Journal die zich specialiseert in personalisatietechnologie, publiceerde een verslag van haar 24 uur durende ervaring met het apparaat in een afgelegen berghut om te ontsnappen aan de drukte van haar gezin. Ze beschreef het als een pijnlijke, maar inzichtelijke ervaring.


Voor beide ontwikkelingen is het gerechtvaardigd om te stellen dat ze een eerste stap en een belangrijke vooruitgang betekenen in de richting van volledige commerciële toepassing in hun respectievelijke technologische domeinen. Maar vanuit het perspectief van de menselijke levensloop, van geboorte tot dood, en onze relatie met ons lichaam, geven deze ontwikkelingen een opvallende nieuwe richting aan, namelijk de ‘uitbreiding van het lichaam’. Daarom is het de moeite waard om even stil te staan bij de betekenis van deze ontwikkelingen en de mogelijke complementaire richting die we in de toekomst zouden kunnen nemen.


In 2004 betoogde de wetenschapsfilosoof Bruno Latour in zijn artikel ‘How to Talk About the Body? The Normative Dimension of Science Studies’ dat toekomstige vragen over het lichaam afhangen van de definitie van wat wetenschap is. Met andere woorden, hij waarschuwde dat het beperken van de discussie over het lichaam tot de fysiologie en de geneeskunde, alsof het lichaam een domein is met primaire kenmerken, kan leiden tot een vertekend beeld van het fysieke aspect van de menselijke essentie. De wetenschap moet zich niet automatisch deze definitie opleggen.


Latour bepleitte dat het lichaam niet gezien moet worden als een passieve substantie die de geest huisvest, maar als een dynamische interface die actief communiceert, meet en vergelijkt met de wereld, de omgeving en gereedschappen. Deze visie van Latour, met de ideeën van een geïnternaliseerde asymmetrische benadering en een symmetrische benadering waarin het lichaam verbonden is met een netwerk, geeft ons een idee over de rol van het lichaam ten opzichte van technologie. En deze ideeën geven ons aanwijzingen voor de concretisering van het doel van ‘uitbreiding van het lichaam’ dat Neuralink en Apple’s Vision Pro nastreven. In de afgelopen vijf tot zes jaar heb ik verschillende projecten gedaan die verband houden met het lichaam, zoals pijn, gezondheid, stijl en drinkgewoonten. Tijdens deze projecten heb ik twee veelvoorkomende patronen waargenomen in de manier waarop mensen omgaan met hun lichaam.


Ten eerste is de ervaring die mensen in hun dagelijks leven opdoen via hun lichaam subjectief, intern en moeilijk te begrijpen. Het lichaam wordt gezien als een passieve steun, en in veel gevallen wordt er een ‘losse band’ met het lichaam onderhouden. Mensen die te maken krijgen met een situatie die constante zorg vereist, zoals een plotselinge diagnose van hoge bloeddruk of kanker, reageren aanvankelijk met shock en spanning en richten zich op herstel. Daarna zien we dat ze de neiging hebben om terug te keren naar de vertrouwde manier waarop ze altijd met hun lichaam zijn omgegaan. Natuurlijk reageren ze nu anders op symbolische signalen, maar de perceptie van het lichaam als een passief vat blijft bestaan. Deze asymmetrische relatie die individuen hebben met hun lichaam biedt kansen voor digitale tools om de gepersonaliseerde ervaringen te meten en te vergelijken met de buitenwereld, en laat daarmee ook de mogelijke richting zien waarin deze tools zich kunnen ontwikkelen.


Ten tweede herkennen mensen fysieke ervaringen door ze te vergelijken met de externe omgeving en hulpmiddelen. Bijvoorbeeld, wanneer iemand in het openbaar op handen en voeten probeert te lopen om de spanning in zijn stijve rugspieren te verlichten, kan hij zich schamen of schuldig voelen. Naarmate mensen ouder worden, worden de gevolgen van hun consistente en vrijwillige lichaamsbeweging zichtbaar, wat resulteert in verschillen zoals ouderdomsvlekken, een buikje, rimpels in de nek en haaruitval. Ze geven aan dat dit hen schaamte en verdriet bezorgt bij het deelnemen aan sociale gelegenheden. Deze symmetrische relatie, die gekenmerkt wordt door een verbinding met externe netwerken, biedt kansen voor digitale tools om individuen te helpen de voor hen betekenisvolle verschillen te herkennen en uit te drukken.


In een tijdperk waarin het gebruik van tatoeages om betekenis en waarde via het lichaam uit te drukken al heel gewoon is, gaat de rol van kleding verder dan alleen het dragen van passende kleding. We zien nu pogingen om het lichaam verder uit te breiden door technologische hulpmiddelen, zowel aan de binnen- als buitenkant. Zijn we bang voor ons lichaam? Of willen we iets bereiken met ons lichaam? Misschien is dit wel het moment om via ons imperfecte lichaam een authentiekere manier van leven te vinden.

AI-tijdperk 'lichaam': Zijn we bang voor ons fysieke zelf?

Referenties


Reacties0